De Wet werken na de AOW-gerechtigde leeftijd is op 1 januari 2016 in werking getreden. Bij de parlementaire behandeling van de wet heeft de Tweede Kamer zorgen geuit over mogelijke verdringing van niet-AOW-gerechtigden op de arbeidsmarkt als gevolg van de wet.

Om dit tegen te gaan, is daarom een overgangsmaatregel aan de wet toegevoegd. Daarin is, onder meer, opgenomen dat de periode van loondoorbetaling bij ziekte voor AOW-gerechtigden voorlopig 13 weken zou bedragen in plaats van 6 weken, zoals in de wet was voorgesteld. Als uit evaluatieonderzoek niet zou blijken dat er verdringing plaats zou vinden, kon deze periode op basis van dit overgangsrecht verder worden verkort naar 6 weken. Uit het inmiddels afgeronde evaluatieonderzoek blijkt dat er van verdringing door AOW-gerechtigden geen sprake is.

Minister Koolmees stelt daarom in een brief aan de Tweede Kamer voor de overgangsmaatregel te laten vervallen. Daardoor worden voor AOW-gerechtigden de volgende termijnen teruggebracht van dertien weken naar zes weken:

  • de periode van loondoorbetaling bij ziekte;
  • het opzegverbod bij ziekte;
  • de re-integratieplicht bij ontslag bij ziekte;
  • het recht op Ziektewetuitkering voor AOW-gerechtigden in een fictieve dienstbetrekking of van wie de arbeidsovereenkomst eindigt op of vlak na de eerste dag van ongeschiktheid.

De beoogde ingangsdatum is 1 april 2021.

Zie ook deze bijlagen: